TINT

Definitie

  1. Variatie van een kleur die ontstaat door die lichter of donkerder te maken
  2. Mate waarin een beeld een lichte of juist donker indruk maakt
  3. Heel geringe indruk, lichte graad
  4. Kleur van het uiterlijk
  5. Variatie van een kleur die ontstaat door verschil in golflengte (bij beschrijving kleuren binnen een kleurruimte; deze betekenis wijkt af van die in het traditionele spraakgebruik)
  6. Bepaalde ideologische invalshoek
  7. Donkerrode spaanse wijn van de tintodruif

Voorbeeldzinnen

We hebben 101 voorbeeldzinnen gevonden voor tint.

Ze had een witte stofjas aan die haar donkere tint accentueerde.
De plafonds moeten een sneeuwwitte tint krijgen.
In het oosten kreeg de lucht een fluwelige tint.
Bij een bepaald licht leek het eerder op een ongezonde tint beige.
Een machtig steentje dat zijn tint van nieuwheid blijft behouden.
Het vuur flakkerde en bloosde en hernam zijn passende tint.
De hemel was bewolkt en had een parelmoeren tint.
We kunnen beter een mooie tint blond nemen.
Ze is angstaanjagend bleek en heeft een groenige tint.
Ze droeg een dieppaarse jurk in exact dezelfde tint als de avondhemel.
De lappen hadden allemaal dezelfde roodbruine tint.
Zelfs zijn huid had een grauwe tint gekregen.
Ze hebben dezelfde tint als haar halsketting.
Hij droeg een donkergrijs kostuum en een overhemd in lichtere tint.
Een ondefinieerbare tint tussen blauw en groen in.
Het winterse maanlicht gaf aan de duisternis een vaalblauwe tint.
Het vlees had een blauwgrijze tint gekregen.
Aan de rand van de cirkel zat een kikker die lichter van tint was.
Het winterse maanlicht gaf aan de duisternis een vaalblauwe tint.
Het was bewolkt en de lucht had een groenige tint.
Het was kortgeknipt en paste bij de tint van haar zijden mantelpak.
De zakdoek had ook een groenachtige tint.
Zelfs de zee kon niet met die tint concurreren.
De kleur kreeg hooguit een nog viezere tint bruin.
Het was net een tint donkerder dan haar ogen.
Het blauw van zijn ogen leek een tint donkerder dan anders.
Fabvier liep rood aan onder zijn zongebruinde tint.
Ze had een witte stofjas aan die haar donkere tint accentueerde.
De huid eronder had een blauwachtige tint.
Zelfs in het geringe licht ziet hij de groenige tint van haar huid.
Op de vloer lag parket in een geelachtige tint.
Het bloed in het gras had een zwarte tint.
Ze schilderden de kinderkamer in een lichte tint geel.
Uit onderzoek bleek dat mensen met deze tint de negatiefste associatie hebben
Ze was helemaal in een zachte leiblauwe tint geschilderd.

Zinsverbanden.nl hoopt dat u met de zinnen voor tint de juiste grammatica, het juiste gebruik en goeie ideeën hebt gekregen. En dat de bovenstaande zinsverbanden u antwoord hebben gegeven op de volgende vragen:

Hoe gebruik ik tint in een zin?
Wanneer gebruik ik tint?
Hoe kan ik tint het beste gebruiken?
Welke woorden gebruik ik vaak als context voor tint?
Heb ik tint goed geschreven?

Wij proberen zo compleet mogelijk te zijn en voor alle woorden die wij in onze database hebben in ieder geval een paar zinnen te hebben. Wij voegen regelmatig nieuwe zinnen toe aan onze database. Op het moment hebben wij 1.8 miljoen voorbeeldzinnen en 170.000 woorden in onze database.